Hitteprotocol bij sondevoeding

hitteprotocol sondevoeding

Met de warmte van deze dagen komen er extra uitdagingen bij voor kinderen die afhankelijk zijn van sondevoeding. Kinderdiëtist Katja Passchier (Kinderrevalidatie/Jongerenpoli Basalt Leiden) deelt op LinkedIn haar kennis: heeft jouw kind al een persoonlijk hitteprotocol voor sondevoeding?

Waarom een hitteprotocol nodig is

  • Meer spugen bij hitte
    Warm weer kan bij kinderen met sondevoeding zorgen voor meer spugen, vooral doordat de innamehoeveelheid ongewijzigd blijft terwijl het systeem dit niet goed verwerkt.
  • Eetlust daalt, dorst stijgt
    Net als bij volwassenen neemt de eetlust af bij hitte, terwijl de behoefte aan vocht juist toeneemt. Toch blijft het volume sondevoeding vaak gelijk en dat kan te veel zijn.

Goed om te weten bij warm weer

  1. Pas toedienvolume en frequentie aan
    Overweeg bij extreem weer minder of langzamer sondevoeding te geven.
  2. Verhoog vochtinname
    Voeg extra water toe, eventueel met een beetje zout of ORS, omdat sondevoeding zelf relatief weinig natrium bevat.
  3. Bescherm tegen hitte
    Zorg dat voeding en pomp uit de zon blijven en niet opwarmen.
  4. Frequentere spoeling
    Spoel de sonde 5–6× per dag door met water – combineer dat moment met extra vochttoediening.
  5. Let op hygiëne
    Bij PEG- of Mickeysondes extra alert zijn op verse gaasjes en schoonmaken tijdens warme dagen.

Overleg voor een passend advies met een (kinder)diëtist over het geven van sondevoeding bij warm weer. 

hitteprotocol sondevoeding

Terug naar overzicht